Het Namenmonument

Een bezoek aan het Namenmonument in Amsterdam is een indrukwekkende, stilmakende ervaring. Het monument betaat uit meterslange, ongeveer 2,5 m hoge muren, gemetseld in baksteen, met op elke steen een naam, in totaal 102.000 namen van Nederlandse Joden, Sinti en Roma die in de nazi-kampen vermoord werden. Boven de muren grote, de omgeving perfect reflecterende roestvrijstalen panelen. Samen symboliseren ze de verbinding tussen het heden en het verleden.

Het monument betaat uit 4 eenheden, in de vorm van vier Hebreeuwse letters die samen het woord לזכר (l’zecher) weergeven, dat ‘In herinnering aan’ betekent.

Het komt over als een waar labyrint, waar je doorheen wandelt. Mijn ogen dwaalden langs de de muren, bleven steeds bij namen haken. Uiteindelijk belandde ik bij het gezin Raphalowiz-Velleman. De eerste naam die ik zag was die van Marcel.

Om zijn steen heen vond ik die van zijn familie. Onder hem zijn grootvader, boven hem een tante. Zijn vader Henri verder naar boven.

En zijn moeder Josephina in de volgende rij.

De namen zijn alfabetisch geordend, dus de Raphalowi(c)(t)z-en staan hier allemaal. De namen van leden van de familie Velleman (waaronder de ouders van Josephina) staan in een ander deel.